Moet dat nou, al dat geld?

geplaatst: 16 december 1998

Jan Koopmans

Al mijmerend in mijn eigen knusse hoekje van de woonkamer, kwam ik tot de volgende revolutionaire gedachtegang; er zijn twee soorten mensen op deze wereld, gelukkige en rijke mensen. Vraag niet hoe ik er op kom, ik was vroeger als kind altijd al de slimste van de familie, maar het kwam deze keer zomaar opborrelen! 
Als je arm bent, of gewoon modaal, dan heb je regelmatig problemen met rekeningen en de ellenlange kassabon van de supermarkt, maar je geniet dubbel zo veel van je aankopen. Ben je rijk, en hoef je niet op een paar mille te kijken, dan kun je de lekkerste en leukste dingen kopen die je maar kunt verzinnen, maar gelukkig ben je vrijwel nooit. Mijn echtgenote en ik kunnen, als de kinderen eindelijk naar boven zijn vertrokken, eindeloos genieten van een lekker glaasje goedkope wijn met een imitatie Boursine. We worden dan weer twee tortelduifjes die enorme constructieve gesprekken kunnen houden over de zin van het leven. Rijke mensen daarin tegen, zitten in hun spaarzame vrije tijd op hun kalfslederen bankstel achter een Bordeaux van twaalf honderd gulden en een bakkie kaviaar, de beursberichten op CNN te volgen. Ze slaan geheel op tilt als hun aandelen weer een paar dubbeltjes zijn gekelderd. Ik heb zo'n broer, geld zat, maar verder heeft hij alles tegen. 
Nee beste lezer, geluk zit niet in de euro of dollar, maar gewoon in je zelf! Dit laatste heb ik eens opgevangen tijdens een sessie op een RIAGG manifestatie in de Achterhoek. Toch is het wel waar, je bent niet blijer met een miljoen op de bank, wel met een levenspartner die je trouw blijft, ook als de deurwaarder aanbelt! Het is niet het grote geld dat de meesten nodig hebben, het zijn vaak kleine bedragen die een mens gelukkig maken. Dat oude vrouwtje, met haar boodschappenwagentje vol levensmiddelen, zou al dol gelukkig zijn met een briefje van vijftig en een goede gezondheid. De rijkeren hebben vaak nauwelijks oog voor de ellende om zich heen en beseffen al helemaal niet dat ook hun leven plotseling kan veranderen. Dat veranderen is trouwens de drijfveer voor de gelukkigen, zij kunnen hopen en dromen van een betere toekomst, de rijkeren kunnen alleen maar dromen over rijk blijven, want arm willen ze niet worden, dus hun dromen zijn minder mooi. 
Maar, en daar begon het allemaal mee, ik ben arm en gelukkig, arm omdat ik moet sparen voor de dingen die ik graag wil hebben, gelukkig omdat ik ondanks mijn gerepareerde lichaam, kan rekenen op veel liefde uit mijn omgeving. Zal de rijke ook kunnen rekenen op zoveel liefde? Meestal is de onderlinge solidariteit in deze kringen verdwenen zodra de bodem van hun schatkist een beetje zichtbaar is. Wij hebben dat niet, nee, wij hebben niet eens een schatkist, wij hebben elkaar! 
Wat ik nu probeer te zeggen is het volgende; geld maakt niet gelukkig, tederheid en gevoel wel! Wat kan het leuk zijn om eens een 'geeltje' te winnen in de Staatsloterij, je eigen inleg terug, geweldig toch? 
Samen met mijn, ook straatarme, echtgenote, zitten we elke maand knus naast elkaar op de tweedehands bank naar de loterij uitslagen te kijken, wat zou het toch geweldig zijn als we eens de zeven miljoen zouden winnen!

Jan