Spruitjes
Ik
heb u al eens verteld dat ik van boeren afkomst ben, dus kan ik een heel stuk
overslaan. Ook mijn grootvader was boer en de spruitjes en radijsjes die we te
eten kregen waren toen nog puur natuur. Natuurlijk stond je wel eens oog om oog
met een wurm die juist had besloten zich te vestigen in het radijsje dat jij
net, met een beetje zout er op, van plan was op te eten. Het had zo zijn
charmes, oud Hollands boeren, gewoon in de vette klei en met een bende koeienstront
als voedingsbodem. De bloemkool en sla had geperforeerde bladeren omdat ook de
rupsen wel een groen blaadje lusten, maar ach, wat maakte het uit, je had lekker
te eten.
Tegenwoordig gaat dat allemaal anders. Onlangs waren er weer de 'open kassen
dagen', bedoeld om de stadsmensen eens te laten zien wat er allemaal gebeurd in
die glazen gebouwen. Ik ben ook maar eens gaan kijken, het was tenslotte gratis
en ik ben nu eenmaal Hollander. Wat je dan allemaal ziet verscheurt je
melancholische herinneringen volledig!
Tomaten groeien al lang niet meer aan een struikje waarbij je tijdens het
plukken een ischias
opliep, nee ze staan keurig in een voedingsbodem, met een door de
computer berekende hoeveelheid meststof, te wachten tot een plukker op een klein
wagentje voorbij komt om de rijpe vruchten te oogsten.
Ook sierplanten gaan tegenwoordig smetteloos de deur uit, zonder luis, spint of
ander ongedierte. Toch is daar best nog wat werk aan geweest. Een kweker die
zijn vak als een roeping zag en ook nog graag de leken, zoals ik dus, van alles
wil vertellen over zijn werk, schoot mij aan en leidde mij rond in zijn kas.
Jasses, wat je dan te horen en te zien krijgt, dat moest mijn grootvader eens
weten. Niks geen koeiepoep, gewoon kleine onzichtbare kwinsels en ander gespuis
worden ingezet om de natuurlijke terroristen van hun begonia's af te houden.
Maar het werkt wel!
Mijn opa ging altijd met een grote flitsspuit vol met chemicaliën het veld op
en knalde zo de ene oorwurm na de andere neer, gerechtigheid met geweld. Maar na
een paar dagen zaten er toch weer boktorren en slavreters in zijn handel, dus
werkte het toch niet helemaal goed. Bovendien kreeg je soms wel eens buikloop
als je de bloemkool niet goed had afgespoeld, de resten verdelgingsmiddel
begonnen dan aan je darmgestel. Ja, wat dat betreft is het in de kas wel beter
geregeld, het regent er alleen op commando, de insecten mogen alleen een beetje
rondkijken maar nergens aankomen, en de koeienmest gaat gewoon naar de gierput
waarvandaan het weer wordt uitgereden over vaderlands velden.
Das pas efficiënt en bovendien heel goed voor het milieu en niet te vergeten de
omzet. Ik ben er trots op dat ik van boeren afkomst ben, maar toch ben ik ook
wel blij dat ik tegenwoordig gerust een radijs kan eten zonder eerst kennis te
hoeven maken met een kruipend stuk ongedierte. Volgend jaar ga ik weer kijken in
de kas, want ik weet nog niet hoe het gaat met kas kippen en varkens zonder
wormen, maar dat leer ik vast wel van de een of andere inwoner van de glazen
stad, want die hebben het allemaal goed door!
Jan