De Columnist

Jan Koopmans


Klik hier voor al Jan's oneliners
Jan's stukkie
Week 24
Klik hier voor eerdere columns

Kattenzooi


Ik zou het er eigenlijk niet meer over hebben, ik heb dat vorig jaar al beloofd aan mijn familie, maar soms kan ik het niet laten. Het gaat over onze tuin. Ja ik weet het, half Hoogvliet leest nu niet meer verder, alleen de bomenridders spitsen nu de oren en verwijdden hun pupillen, want daar gaat nu de groene bel rinkelen! Wij hebben best een flinke lap tuin, iets van een dikke tweehonderd vierkante meter of zo. Er is een vijver, die hebben we laten graven door de hond van een van de kinderen, gewoon verteld dat er heel diep een bot ligt, en een schuurtje waar normaal de harken en fietsen in horen te staan. De vijver is mijn pakkie an, die moet ik onderhouden want ik ben de enige die de vlinderslag achterwaarts met schroef kan zwemmen. De rest doet mijn eega, je heus! Nee niet dat ik dat niet kan, natuurlijk wel, maar zij vindt het zo leuk. De hele dag staat ze op de kop in de bagger, ze vreet onkruid, maalt klonters fijn en legt zelfs de tegels. Terwijl ik dan boven in mijn zweethok met letters en teksten bezig ben, is zij aan het stoeien met takkenbossen, sierluizen, waterslangen, schoffels en ander tuinvriendelijke rotzooi. Zelfs voor spinnen is ze al minder bang geworden, vroeger was ze als de dood voor die kruipertjes. Ik heb wel eens meegemaakt dat ik ze hijgend aantrof op de stoep bij het Riagg, en dat allemaal vanwege een kelderspinnetje! Ze hadden daar trouwens geen pasklare oplossing voor dit soort geestelijke problemen, waarvoor eigenlijk wel, en ik heb ze met een plukje gras weer naar huis gelokt. Maar nu doet de volgende onheilstijding zijn intree in ons privé-park, de poes, of kat, dat kun je niet zo goed zien. We hebben een schutting om ons erf, dat wel, maar katten begrijpen dat niet helemaal, maar ja, daar zijn het katten voor natuurlijk. Omdat ik geen ruzie wil hebben met diervriendelijke organisaties en andere strijders voor het kattendom, heb ik nog geen maatregelen genomen die zouden kunnen leiden tot het overlijden van de beestjes. Natuurlijk doe ik dat ook niet, ik respecteer ieder leven, zelfs dat van een wesp! Maar toch gaat het wel een beetje vervelen. We kopen ons gek aan dure mest en de hoeveelheid eigen grond bij ons huurhuis neemt een enorme omvang aan. Maar die katten doen maar, ze leggen en gieten hun uitwerpselen kwistig neer op ons dure grondtapijt en graaien dan met die poezelige pootjes de troep lekker diep tussen de wortels van de rododendrons. Maar dat is niet het enige. We hebben wekenlang de uitbreiding van een koolmeesfamilie gevolgd. We hebben een broedkastje aan de schuur hangen en daar hadden de lieferts een achttal eitjes in gekwakt, ik vermoed door het vrouwtje. Week in en week uit vlogen de beestjes met allerhande sprietjes en draadjes van en naar het huisje. Eindelijk was het dan zover want ze begonnen de luizen uit de rozen op te pikken, dus waren er jonkies! Na een tijdje hoorden we hoge koorknaapgeluiden uit het houten en milieu vriendelijk gebouwde huisje komen. Uiteindelijk was het kroost groot genoeg voor de grote boze wereld en vlogen één voor één, op aanwijzing van pa en ma mees, door het kleine gaatje onze fraaie tuin in. Gelukkig zijn de meeste wel groot en sterk geworden en uitgevlogen om te genieten van het vogelvrije leven, op één na. Het kleintje vloog uit, liep wat verdwaast rond en hupt op een laaghangende tak. Plots een klap, een gil en het beestje was niet meer dan een wolk van veren die in de wrede bek van zo’n mormel van een kat verdween. Nee ik heb niks tegen katten, het is de natuur, maar iets zegt me dat ik toch die beesten niet lief vindt, ik heb er niet zoveel mee. Wij hebben honden, niet dat die beter zijn hoor, die eten mieren en vliegen als ze voorbij komen, wel jammer dat ze geen katten meer lusten, dat was vroeger wel zo bij honden, gek eigenlijk, zeker de natuur. 

Jan Koopmans


TERUG





Stichting Hoogvliet Digitaal
www.hoogvliet.org