Dieptriestus
Vanaf mijn vakantieverblijf
in Tussenwater hou ik u op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Onze
dochter is druk doende om samen met haar eega hun boeltje bij ons in het
huis te proppen. Dat lukt aardig en als we toestemming krijgen het dak er af
te halen past het straks vast allemaal. Soms heb ik zo mijn twijfels over
bepaalde dingen die nu plotseling in ons optrekje verschijnen. Mijn Jootje
en ik hebben er jaren overgedaan al onze kamerplanten te laten uitsterven
dan wel door gebrek aan water het loodje te laten leggen. Dat was ons
gelukt, nooit meer gietertjes vullen om hang-, plak en staplanten te
voorzien van vocht. Geen stoffige bladeren meer en ompotten elk jaar was van
de baan. Maar nu kwam onze jongste teerling plotsklaps aangelopen met een
enorme plant die het midden houdt tussen een tropisch regenwoud en de
grienden in de Biesbos. Een op een fallus gelijkende stam die op een wel
heel strategische plaats een enorm spruitsel heeft van harige maar vooral
lange bladderachtige stengels die een kruising zijn van de pruik van Tina
Turner en de vlechten van Bob Marly. Het geheel is gevat in een zinken emmer
die reeds de eerste sporen vertoont van oxidatief verval (voor de leek: hij
begint te roesten).
Het monster staat nu op de kruising kamer keuken, net in de bocht bij de
dressoir, zodat alle huisgenoten met hun broekspijpen of rokzomen
functioneren als automatische plumeaus die de bladeren stofvrij houden. De
plant heeft evenwel een dermate verdrietige uitstraling, het lijkt wel een
treurwilg naast een begraafplaats, dat we een beetje meelij hebben met dit
diep trieste hoopje natuur. Nou ja natuur, een plant in een pot is net als
een vogel in een kooi of een vis in een kom natuurlijk geen natuur meer, dat
is meer ‘kul’ tuur. We hebben in alle plantenboeken gekeken om te zien
of we de originele naam voor dit wonder in een emmer konden vinden, maar we
hadden geen succes zodat we zelf maar een 'Latijnse’ naam hebben
verzonnen: '‘dieptriestus-emmeralis', dat vonden we het meest
toepasselijk. Maar er zijn meer veranderingen in huisje Koopkracht. Zo
hebben we hier inmiddels de 24- uurs economie ingevoerd in verband met het
verschonen van luiers, vullen en opwarmen van flessen en het rooster voor
het in slaap wiegen van kleinkind vier. Ik zelf heb het grote na, pardon
voordeel, dat ik nogal vast slaap en doordoor kan ik ‘helaas’ niet
altijd direct ingrijpen bij de plotselinge huilbuien van onze trots.
Trouwens de omgang met Calvé gevulde luiers was nooit mijn sterkste punt.
We hebben nu ook een intercom, in de volksmond een babyfoon, zodat we elke
ademtocht en krijsbui goed kunnen horen. Daarnaast houden we tevens nog een
groot aantal andere baby’s in de buurt in de gaten want anno 2003 verkopen
ze babyfoons die allemaal maar twee kanalen hebben zodat je meteen een
netwerk van kinderen in je kamer binnen hoort komen. Gelukkig zijn de meeste
kinderen niet van ons en hoeven we niet meteen naar de magnetron te rennen
om flesjes te verwarmen (waar is die goeie ouwe flessen verwarmer
gebleven?). En
zo ziet u maar, mijn weekje werkvakantie verveel ik me niet, er is zat te
doen en ik heb ook nog aan u gedacht door hier mijn verslag weer te geven.
Ik ‘spreek’ u volgende week weer, dan is mijn werkvakantie voorbij zodat
ik lekker kan uitrusten en u weer kan voorzien van objectieve epistels,
waarin ik niet mag liegen, wel een beetje jammer eigenlijk.
Jan
Koopmans
|