Vergeten
groep
Het staat ons allen ooit te
wachten, ouder worden en wellicht afhankelijk van anderen. Mensen komen op
de wereld als baby, uitzonderingen daar gelaten, en worden door hun ouders
al of niet liefdevol opgevoed tot volwaardig mens dat kan meewerken aan de
opbouw van de maatschappij. Zorgzame ouders proberen hun kind te behoeden
voor gevaren en doen al het mogelijke hun kind een goede toekomst te geven.
Maar ooit worden ook deze kinderen oud, vaak ouder dan hun ouders ooit zijn
geworden. Sommigen verliezen hun partner, anderen blijven ‘eeuwig’ samen
maar ooit komt er een moment dat men niet goed meer voor zichzelf kan of wil
zorgen.
Gelukkig is er dan het bejaardentehuis of de aanleunwoning, voor de één
een weldaad voor de ander een spookbeeld. De man of vrouw waar ooit met
respect tegenop werd gezien omdat haar of zijn prestaties dat afdwongen,
loopt ineens ineengedoken achter een rollator door de warm gestookte gangen
van zo’n opvangcentrum voor uitgeleefde burgers. Gangen met linoleum want
‘al die oudjes lekken’. Ik schreef er eerder over, ik weet het, maar het
blijft me bezighouden dat het respect vaak overgaat in efficiëntie en
‘beter voor ze’. De trotse meneer Jansen die wat vergeetachtig en slecht
ter been is geworden wordt door de ‘zuster’ op kinderlijke toon gemaand
vooral rustig aan te doen en niet teveel in de weg te lopen. Ik zal zeker
niet beweren dat dit overal zo gaat en zelfs niet dat het op elke afdeling
zo is. Toch schijnen verzorgers een soort ‘natuurlijke’ instelling te
hebben dat alles wat oud is kinderlijk moet worden aangesproken. De oudjes
hebben gebreken, dat krijgen de meeste mensen die hard hebben moeten werken,
maar zijn ze daardoor ineens al hun hersencellen kwijt en weer een kleuter?
Ook de veranderingen in hobby worden vaak subtiel aangepakt. De man of vrouw
die hun levenlang kanaries heeft gekweekt moet maar met pergamano aan de
slag of gaan klaverjassen. Hobby’s worden niet meer afgesteld op wat de
bewoner wil maar op wat binnen de planning van het ‘tehuis’ past. Ik
begrijp best dat de opa die roeiboten bouwen als hobby had dat niet meer kan
doen in ‘Huize de laatste snik’, maar is het nou niet mogelijk dat er
bij een seniorenflat een leuke werkplaats en een stukje werkterrein komt? Ik
weet toevallig dat het huis waar mijn moeder ooit woonde, ze is er niet meer
helaas, achter het gebouw een soort tuintjes had met wat schuurtjes of zo,
dat lijkt er al een beetje op.
Vaak is de zakelijkheid en efficiëntie er de oorzaak van dat men zich meer
waant in een militaire kazerne dan in een woongemeenschap voor ex
maatschappij bouwers die hun oude dag graag leuk willen doorbrengen. Ik ben
me er van bewust dat er een enorme werkdruk heerst onder het personeel, dat
is direct het gevolg van de bezuinigingen en daar kunnen zij ook niks aan
doen. Bezuinigen doe je nu eenmaal op dingen die toch hopeloos of nutteloos
zijn, ouderen hebben maatschappelijk toch geen toekomstverwachtingen meer,
dus………
Ik weet, en dat is niet uit de lucht gegrepen, dat er verzorgers zijn die
ondanks de bezuinigen en de stopwatch die voor elke actie geldt, toch wat
extra doen voor de oudjes maar daar dan voor op de vingers getikt worden.
Menselijkheid is vaak onbetaalbaar geworden, onbetaalbaar voor mensen die
hun levenlang er voor hebben gezorgd dat de verzorger betaald kan worden. Ik
weet het, dit was weer geen lol en lach column, soms heb ik ook wel eens de
pest in, moet kunnen toch? Misschien komt het door mijn grieperige gevoel
sinds ik die griepprik kreeg, ik had al mijn bedenkingen, maar ach.
Uiteindelijk is onze toekomst toch de toekomst zonder toekomst, dus alvast
een beetje vooruitwerken kan geen kwaad. Want straks zit ik met mijn Jootje
ook ergens tien hoog kraaltjes te rijgen in plaats van te internetten en
stukjes te schrijven voor u en de mensen die onze krant beneden bij de
receptie moeten halen, omdat de bezorgers om veiligheidsreden niet meer het
gebouw in mogen.
Jan
Koopmans
|