Alweer
kleinkinderen
Ze zeggen wel eens dat
jonge gezinnen bijna altijd met kinderen zitten, logisch want als je een
jong stel bij elkaar zet loop je een verhoogde kans op uitbreiding van de
bevolking. Ze nemen kinderen, omdat het leuk is en je wilt nu eenmaal jezelf
kopiëren als je jong bent. Als je ouder bent, zoals ik al een heel piep
klein beetje, samen met mijn nog jongere eega, dan zit je pas écht in de
kinderen! De meeste kinderen die we zelf hebben zijn inmiddels de deur uit,
op twee na die moeders pappot maar niet willen verruilen voor het vrije
‘op zich zelf’. Maar als ik dan zie wat we voor infrastructuur hier in
huis moeten maken voor de opvang van kleinkids en vriendjes van kinderen en
kleinkinderen dan word ik niet goed. Deze week struikelde ik weer over een
kinderledikant dat de doorgang in de gang min of meer blokkeerde. Argwanend
keek ik mijn vrouw aan, maar nee, dat was het toch niet, al schrok ik wel
even. ‘Voor als er nog een kleinkind wil komen slapen’ antwoordde ze
vrolijk.
Inmiddels is ons huis ingericht voor kinderen van verschillende leeftijden,
wiegjes, muziekdoosjes, rammelaars, boxen, draagzakken, autozitjes en van
die draagbakken waar je mee de markt op kunt met je baby, je kunt het zo gek
niet opnoemen of we hebben het. En niet alleen voor de allerkleinsten hoor,
ook de oudste kan bij ons terecht voor het stallen van zijn fiets, en
‘tussen de middag’ ontbijt met zijn vriendjes of om de computer te
beroeren. En zo zie je maar, uit de kinderen, in de kinderen, je komt er
nooit van los. De kleinste heeft ondertussen de eerste kots over de bank
gedrapeerd en de oudste zijn eerste ‘date’ op internet gehad. Alles wat
er tussen zit waggelt regelmatig hier door het huis op zoek naar iets
lekkers of iets om te mollen. Ik begin eindelijk een beetje te begrijpen
waarom veel ouderen vluchten naar zo’n bejaardenpakhuis! Je schrikt je
toch de blaren als er ineens allerlei deuntjes uit de keuken klinken terwijl
je alleen zit in de woonkamer. Dat gebeurde hier ook, eerst een autotoeter
en later het geluid van een mobiele telefoon, het kwam allemaal uit een
speelgoedkist waar kennelijk de Japanse ‘kidszooi’ ook zonder commando
wil werken. Maar of ik het nou allemaal echt zo erg vind als ik suggereer
weet ik zelf niet hoor. Het heeft ook wel wat, we zijn een soort
‘dokterspost’ die naast uitgebreide informatie op basis van ervaring de
diverse moeders (kinderen) gerust kan stellen en adviezen geeft. Daarnaast
zijn we een ‘middelen’ depot van luiers, zuigflessen, speelgoed, lange
vingers en kinderaspirine. Dus zijn we belangrijk he? Ja ik weet het, dat we
zes kinderen en zeven kleinkinderen hebben is onze eigen schuld, tenminste
die zes kinderen wel, de rest hebben wij niet veroorzaakt. Ongevraagd werden
we keer op keer opa en oma, een titel waar je trots op bent, zelfs als je
nog ‘jong’ bent. Maar ja, wat is jong? Op mijn leeftijd ben ik nog veel te jong om bijvoorbeeld paus
te worden, al zal dat ook op latere leeftijd onmogelijk zijn, simpel omdat
ik niet rooms ben maar ‘van die andere kant’, hervormd dus. Anderzijds
mag ik al jaren niet meer in het kikkerbadje en ook met een skippybal door
Tussenwater huppelen zou me doen belanden in Delta. Dus wat is oud en wat is
jong? Ik denk dat het een beetje net zo is als bij auto’s. Een goed
onderhouden ‘klassieker’ zal beter lopen dan een afgeragd model van
recente datum. Heb je in je leven veel tijd besteed aan goed onderhoud, de
rust op z’n tijd, goede voeding en vooral niet roken, dan kan het goed
zijn dat je als krasse tachtiger mij als vette vijftiger er uitloopt. Maar
ja, anderzijds heb ik wel erg veel gedaan in mijn leven en hoop dat ook nog
te blijven doen tot in lengten van jaren, ook al voel ik me soms dik
tachtig, maar dan zonder krasse. Het leuke is dan toch wel dat je terwijl je
amper nog een volle kruiwagen kunt duwen je voor je kleinkinderen die toffe
opa bent, daar knap je echt van op, al wordt je er geen jaar jonger door.
Natuurlijk is het wel eens vervelend als ik ’s morgens beneden kom en
rustig wakker wil worden met een heerlijke Senseo dat er dan kleinkinderen
hele verhalen tegen je gaan vertellen, ik heb daar echt geen zin in met mijn
‘gezonde’ ochtend humeur. Maar ja, ik leer er mee leven, want al dat
kroost laat je toch zien dat je leven vruchten heeft afgeworpen. En als
‘middelen depot’ kunnen wij op onze beurt hen weer veel leren, en vooral
afleren. Zo zullen we ze trachten te behoeden voor al de fouten die we zelf
ooit maakten, al waren sommige ook wel lekker.
Jan Koopmans
|