Mag het
ietsje meer zijn?
De wat ouderen kennen
ongetwijfeld nog wel de vraag van de kleine middenstanders; ‘mag het
ietsje meer zijn?‘
Die vraag zal binnenkort nog maar weinig te horen zijn in onze woonplaats.
Weer een stukje degelijkheid, gemoedelijkheid en eerlijkheid gaat
verdwijnen. Levensmiddelenzaak Oly sluit binnenkort de deuren, gedwongen
door de oprukkende stadsvernieuwing en de leeftijd van meneer en mevrouw Oly
maken het niet mogelijk het bedrijf voort te zetten. Na veertig jaar komt er
een einde aan een stukje nostalgie, en voor velen een brok uit hun verleden.
Een zaak waar je niet kon pinnen en waar het boterham beleg werd
gesneden waar je bij stond, het is niet meer straks. Ook een winkel waar je
niet alleen je boodschappen haalde maar ook kon afgeven, want als je iets
van je ‘lever’ wilde dan trof je immer een gewillig oor bij Oly.
De levensmiddelenzaak aan de Steurweg was er een die je deed herinneren aan
vroeger, toen alles nog gewoon was en snelheid slechts toebehoorde aan
racewagens en vliegtuigen. De kwaliteit van de producten werd door de klant
bepaald, want het echtpaar Oly wist precies waar ze behoefte aan hadden en
waar het beste in te kopen was. Vroeger in de ‘luiertijd’ en ook daarna
hebben heel wat Hoogvlieters ‘op de lat’ gekocht. Waren er even geen
centjes dan schreef men het gewoon even op en kon de klant aan het eind van
de maand of week betalen.
Ik kwam er ook zo nu en dan, voor de heerlijke zure zult, komijne- blokkaas
of een onsje vers rosbief. Nee, je rende niet even naar binnen om te pakken
wat je nodig had, je maakte meteen een praatje. En die praatjes gingen over
de wijk, het Hoogvliet en wat daar wel en niet goed mee ging of over de
verpaupering van de omgeving waarin de winkel zit. Ook sprak ik een poosje
geleden nog met het echtpaar over de toekomstplannen nu het er naar uit ging
zien dat de oude winkel ruimte moet maken voor nieuwe heipalen. Ze waren
onzeker, ze wilden wel doorgaan met hun zaak maar dan moest er wel een
geschikte locatie en een handreiking zijn bij het zoeken. Ik schrok daarom
best toen ik hoorde dat Oly uit het straatbeeld gaat verdwijnen en dat deze
‘Stipt’ winkel straks slechts nog op een plaatje te zien is.
Ik weet wel dat mensen graag alles op één plek willen kopen, dus dan ga je
naar een giga- supermarkt en krijgt alles keurig ‘fabrieksverpakt’ mee.
Mensen kijken vaak niet meer naar kwaliteit en gezelligheid, het moet
allemaal zoef zoef, snel en turbo.
Met het sluiten van deze buurtsuper is er een episode afgesloten, een
episode waarin menselijke- sociale contacten nog belangrijker waren dan een
winkelwagentje vol met plastic zakjes en pakjes voor een ‘zacht en
gepind’ prijsje.
Eigenlijk zouden we van deze winkel een museum moeten maken. Dan kunnen we
aan onze (klein) kinderen laten zien hoe het was zonder streepjescode en hoe
op de zakjes broodbeleg nog met een potloodje de prijs werd geschreven. Dan
zouden de bezoekertjes kunnen zien dat dingen die je nodig hebt voor het
dagelijkse leven ook echt kunnen zijn. Dan zien ze nog hoe een hele kaas of
een hele rosbief er uitziet voordat hij in een cellofaantje verdwijnt.
Supermarkten verkopen in de regel alleen de ‘tops’, dat zijn producten
die goed lopen, Oly verkocht ook producten die niet goed liepen maar waar
wel klanten voor kwamen, al was het er maar één!
Meneer en mevrouw Oly, dank voor al die jaren dat jullie in Hoogvliet deze
waanzinnige functie hebben willen bekleden. Ja functie, want als eigenaren
van een winkel waren jullie meer dan verkopers, jullie waren heel belangrijk
voor de sociale samenhang in de wijk.
Dank jullie wel en geniet van de welverdiende vrije tijd.
Jan
Koopmans
|