Even
112 bellen hoor
Mijn grootvader was boer op
het Friese platteland. Hij maaide en dorste en molk de koeien die loeiden.
Als de kippen teveel herrie maakten dan was er een vos in de buurt.
Natuurlijk maakte dat allemaal wat lawaai, maar het gaf ook de levendigheid
van een boerderij weer. Verder was het erg rustig daar in de Weerribben en
als er een voertuig de boerderij aandeed dan liep iedereen er naar toe want
je zag niet elke dag zo’n ‘modern’ vehikel.
Niemand stoorde zich aan de knalpot die kilometer ver nog te horen was. Mijn
opa zette één keer in de week de radio aan, een oud barrel dat uit twee
gedeelten bestond en waar de radetskymars krakerig en luid uit galmde. De
buren van 2 kilometer verder kwamen dan ook luisteren want ze vonden het
maar wat leuk allemaal.
Maar ja, ik woon daar niet meer en mijn grootvader boert nu tussen de
engelen, samen met zijn boerin.
Ik woon nu in een deel van een drukke stad, Hoogvliet dus. Natuurlijk hou ik
nog steeds van die serene rust van het platteland en de einder die echt een
eind weg was. Maar door mijn keus voor het stadse leven heb ik tevens
gekozen voor leven in een wereld waar veel mensen zijn met evenveel wensen.
In een stad weet je dat je niet alleen bent, je weet dat je rekening met
elkaar moet houden, maar ook dat je soms gewoon tolerant moet zijn naar
anderen toe. En juist dat laatste is volkomen aan het verdwijnen. Vorige
week was ik op een verjaardag, een lekker muziekje, niet te hard en toch
gezellig. Nu weet ik wel dat de woningen, ook in Tussenwater, wel eens wat
gehorig kunnen zijn, dus sprak men af om rond tien uur de muzikale kraan wat
dichter te draaien. Maar ja, een overbuurman die er een gewoonte van maakt
om steeds even door de tuindeur te luisteren of er ergens nog geluid is te
horen, had om even voor tienen ons muziekje waargenomen. Dus meteen de
drukbezette politie maar gebeld om ons te verzoeken de volume regelaar naar
nul te draaien, zelf even netjes aanbellen en vragen was vast te moeilijk of
eng. Inmiddels was het net over tienen toen oom agent kwam dus er was al
vrijwel geen geluid meer te horen, maar ja, zo gaat dat bij mensen die beter
in een hutje op de heide kunnen gaan wonen, kunnen ze klagen tegen kwakende
kikkers.
Die tolerantie vindt je steeds minder. Vroeger toen Schiedam nog echt
jeneverstad was stonk het van de Gorze tot aan het achterland naar alcohol
en zag je geen hand voor ogen vanwege de rook. Niemand klaagde daar over,
het was immers brood op de plank? Als je daar nu een scheet laat heb je de
DCMR aan je kont.
Intolerantie wordt vooral de laatste jaren vanuit de overheden enorm gevoed.
Je hebt altijd al mensen gehad die roken, dat is niks nieuws en de overheid
zag er al heel lang een grote bron van inkomsten in. Later werd bekend dat
roken niet echt gezond is, dat zal zelfs ik niet tegenspreken. Maar vroeger
had niemand er last van dat een ander rookt, tot de overheid met allerlei
verhaaltjes kwam en niet rokers aanzette om vooral de rokers dwars te zitten
en te verbieden te roken waar ze bij zijn. Plotseling heeft iedere niet-
roker last van rook, ook die zelf ooit rookten. Weer een stap verder,
krijgen we straks mee te maken, roken in de horeca wordt verboden. Op zich
al totaal bezopen dat een overheid kan uitmaken wat een particulier in zijn
bedrijf wel of niet toestaat. Meest achterlijke is dat men voor koffieshops
een uitzondering wil maken, dit omdat illegaal geteelde wiet legaal word
verkocht die men daar wil oproken, snapt u hem nog? Ik denk dat
het een horeca-exploitant vrij moet staan wat hij wil, koppel daar
een voordeel aan, bijvoorbeeld een laag btw tarief voor rookvrije kroegen.
Zo niet dan verwacht ik dat op veel bedrijven het bordje komt te hangen
‘Only white, no blacks’, wat uiteraard slaat op de kleur van de longen,
elke vergelijking met apartheid berust op louter toeval.
De kroegenloper zal wat vaker vrienden thuis uitnodigen en meer kratjes
heerlijk helder inslaan, dan kan het thuis weer gezellig worden, tenminste
als die buurman zijn tuindeur dicht laat en straks als het warmer wordt niet
teveel stank veroorzaakt met z’n barbecue.
|