Eendenstel
Wat kunnen soms waanzinnig kleine dingen enorm opvallen. Alledaagse dingen
die ons ‘stadsmensen’ vaak volledig ontgaan maar feitelijk aangeven dat
de natuur, met ons daarin, heel mooi is.
Ik was afgelopen week voor een weekje naar Drenthe, u weet wel, ergens tegen
de Duitse grens aan en dooie mensen dekten ze daar vroeger toe met wat
keien, maar ja, dat waren ‘hunne’ ideeën.
We zaten daar in een rustiek optrekje aan het water, water dat nog helder
was en zonder knetterende motorbootjes. Het gazon, dat op dat water uitkwam,
was voorzien van wat passende struikjes en ander uitspruitsel der natuur.
Elke dag kwamen er twee eenden even langs voor wat broodkruimels en ook de
konijntjes profiteerden daarvan mee.
Opvallend was dat die twee eenden een duidelijk stelletje was, een mooie
gekleurde woerd, mannetjes zijn nu eenmaal vaak het mooist in de natuur, en
een wat kleurloos vrouwtje dat netjes met eten wachtte tot de ‘baas’ had
gegeten. Je zag ze steeds samen, als de een even stilstond dan deed de ander
dat ook. Dit zelfde geldt ook voor het konijnenstelletje, ook die waren
onafscheidelijk en deden alles samen, als de konijnen zeg maar. Wat me
hieraan opviel was de hechtheid waarmee deze diertjes door het leven gaan,
dat is bij mensen vaak veel minder opvallend. Trouwens in de ruimte van de
natuur, die je in de stad vaak niet meer ziet, kom je van alles tegen wat te
maken heeft met ‘samen’. Zelfs vogels blijken monogaam en telkens zie je
pa en ma merel of opa en oma ekster samen op ‘pad’ gaan. Nee, ik ben
geen natuurfreak hoor, ik lig niet met een camera de hele dag in de wei om
een foto te schieten van de ‘donkergroene driehoeksnavel’ of de
‘geblokte Keltische kwetteraar’. Toch is het vermakelijk om te zien, en
ook nog een soort leermoment, want bijna was ik de oude schoolplaten
vergeten waarop de natuur zo overduidelijk gestalte kreeg. Die schoolplaten
kwamen bij mij weer in herinnering toen ik het bericht van de IBP las waarin
kinderspeelplekken aangewezen dienen te worden als plaats met een alcohol
verbod. Gemengde gevoelens kreeg ik daar bij, ten eerste lijkt me het
drinken van alcohol op de openbare weg zo wie zo al ‘not done’ en ten
tweede vind ik het bezopen om op speelplaatsen te gaan zitten zuipen. Ik ben
het dus enerzijds wel eens met het IBP maar anderzijds gaan ze wat mij
betreft niet ver genoeg. De handhaving is namelijk best moeilijk met het
huidige tekort aan politieagenten. Ik zou daarom pleiten voor een
cameratoezicht op die speelplekken, daarmee kun je veel leed voorkomen. Niet
alleen traceer je daar onmiddellijk die zuipers mee maar ook, helaas een
tijdsverschijnsel, die vieze mannetjes die zich vergapen aan jonge kinderen.
Ja ik weet het, het klinkt allemaal weer erg modern en camera’s zijn
zogenaamd een inbreuk op de privacy, maar hadden we dat niet ook met alle
andere moderniteiten?
Ooit was de telefoon een overdreven luxe, nu ben je armoedzaaier als je geen
mobieltje hebt met ingebouwde kalender en encyclopedie.
Nog niet eens zo heel lang geleden was er veel weerstand tegen de invoering
van de ID kaart, nu zijn we het haast allemaal met elkaar eens dat het een
absolute must is om er een te hebben, voor iedereen!
Het is nu eenmaal in deze tijd echt noodzakelijk dat er soms vervelende
maatregelen worden genomen om het leven draagbaar te maken in de poel van
intriges en geweld. Daarom was ik zo blij met dat eendenstelletje, hun
ontgaat alle geweld, zij zijn zo ze zijn en leven zoals ze dat willen, wat
zijn wij mensen toch eigenlijk arm. Maar als we onze kinderen een veilige
plek kunnen geven dan moeten we dat dus zeker doen, zelfs als we daar wat
zogenaamde privacy mee op moeten offeren.
|