De Columnist

Jan Koopmans

 


Klik hier voor al Jan's oneliners

Jan's stukkie
Week 46

eerdere columns:
    Weekblad Hoogvliet
    Maaspost
    Radio
    Overige

 

Het dorp



Wim Sonneveld bezong ooit een dorp, ik kom uit zo’n dorp en deze column gaat over een dorp. Ik ben geboren in een dorp, een Zuiderzeedorp, ooit een gezellig vissersdorp waar de palingen de baas waren. Op het Noorden een RK kerk, in het midden een NH kerk en daar ergens tussenin het Gemeentehuis en de brandweerkazerne. Nou, kazerne, het was meer een opberghok voor de enige rooie auto die het dorp rijk was, de jeep van de commandant stond bij ons in de tuin. Alles wat een dorp nodig heeft was er, een slachthuisje, een slager, een Spar, een smid, voor de hoeven der hynders, een schooltje, een dorpshuisje en natuurlijk een melkfabriek. En niet te vergeten de fietsenmaker die tevens kon lassen, daken bedekken en als het moest ook nog wel kon helpen als doodgraver. Ook was er een statige woning, die van de burgervader, een man uit Haarlem, maar ja, je kunt niet alles hebben he? Niets was er perfect, de straat was hobbelig, stoepjes ontbraken of werden gebruikt voor het droogrek of er stond een wasketel op een houtvuurtje te koken, want een wasautomaat bestond nog niet. Des zondags was het dorp vroom, de grootste helft toog naar de NH kerk en een klein groepje, wij noemden ze afvalligen, stapte statig naar de roomse kerk op het noorden. Maar zoals gezegd, niets was perfect, de putten waren vaak verstopt, de verlichting was knudde, de bus stopte er maar twee keer per dag en slechts een keer per jaar was het feest, dan kwam de kermis, met een echte draai- en zweefmolen en lekkere zuurstokken. Toch was iedereen gelukkig, men wilde het zo, men genoot van die hobbels in de straat, men miste het stoepje voor de deur niet. Hulpbehoevenden, die vaak met een omgebouwde kruiwagen of zelf bedacht karretje door het dorp gingen, hadden geen enkel probleem, het was nu eenmaal zo, het dorp had zijn gebreken, maar die hoorden er bij. Soms was het even opzij gaan voor een automobiel in de kleuren zwart of wit, meer tinten waren er niet. Maar ja, dat hoorde bij het dorp. Ik was er laatst nog, wat heerlijk om te zien dat alles nog is zoals het was, je hebt nog steeds geen trottoirs, dat kan ook niet, want de straat is daar de smal voor. Wat heerlijk ook dat alles nog speels en onhandig is, en niet kaarsrecht en ‘goed’ geregeld zoals in moderne steden waar de lantarenpalen tot op de centimeter nauwkeurig even ver van elkaar staan, en waar de stoepen voldoen aan strenge eisen van mensen met stropdassen om. Heerlijk dat er nog dorpen zijn waar het dorp ook nog dorp is gebleven, ja toch? Hallo Pernis, lezen jullie dit even?

Jan Koopmans  

TERUG





Stichting Hoogvliet Digitaal
www.hoogvliet.org