nummer 218
Carnabal


Bent u inmiddels al een beetje bekomen van al dat gehos, gezuip, een kouwe plasser en seks tegen de kerkdeur? U weet nergens van? Wat zegt u? U bent helemaal niet naar 't Kielegat, de Kruikenzeikers of Oeteldonk geweest? Ook niet naar de Boergoenzers in het Celemenshuis of het Dorpshuis in Tinte? Maar daar heb ik het ook helemaal niet over. Hoe komt u erbij dat Carnaval het feest is van vierdagen vreemd gaan, rauwe seks met onbekenden, in hun eigen kots bijna stikkende kerels en wildplassen! Ik had het over uw wintersportvakantie in Oostenrijk. Ik kan niet uit eigen ervaring putten maar zie toch op Yorin en SBS-6 de uitspattingen van de sportieve Hollanders nu al bijna drie weken lang met grote regelmaat over de beeldbuis gaan. Aprés ski heet dat geloof ik. Zelf heb ik niets op met wintersport. Thuis proberen ze me al jaren over te halen om een weekje in het wit besneeuwde Tirol door te brengen op lange latten en gestoken in de meest achterlijkste kleding die de doorgewinterde carnavalliefhebber in Brabant of Limburg zelfs in zijn meest dronken bui niet aan zou durven trekken. Maar mijn verstand, althans dat beetje dat ik nog bezit na jarenlang op een driepersoonsstep door Europa en de Verenigde Staten te hebben rondgereden, wil het maar niet vatten dat sneeuw niet altijd koud hoeft te zijn en dat je zelfs bruiner van teint terug kunt keren dan van drie weken Thailand. En dat sfeertje van de net ervoor tussen hooi en stront uit de schaapskooi gekropen Duitse boerenlul die zijn lederhosen voor een paar weken per jaar verruild voor een strakke sneeuwbroek en zich voor die tijd skileraar noemt, ligt me ook niet zo. Jammer dat ik dan ook al die jonge dames moet mislopen die na drie glazen gluwein hun skipull tot ver boven de blij naar voren springende borsten hijsen. Maar voor de rest trekt al die sneeuwpret mij niet zo. Ik blijf liever hier. Ik bezoek liever een gezellig uitgedoste stad als Roosendaal, Bergen op Zoom of Tilburg. En hoewel ik niet van een polonaise houd en al helemaal niets moet hebben van de Vogeltjesdans ga ik toch graag naar Carnaval. Ik ben daar als noorderling echt niet te nuchter voor, zeker al niet na een pilsje of zeven want dan kom ik pas goed los. Vorig jaar werd ik in Dwalmdam, de residentie van Prins Clemizot de Eerste, verheven tot Commandeur in de Orde van de Kapucijner en de Grauwe Erwt. En ja dan ben je aan je stand verplicht om ook dit jaar weer af te reizen naar het pretpaleis van de Boergoenzers in Charlois. Het is elk jaar wel even zoeken om een juiste outfit te vinden. Voor een grote rode neus hoef ik de zolder niet op want die krijg ik vanzelf na het derde biertje en wat ik om de schouders sla is ook niet zo moeilijk want een boerenkiel doet het altijd goed, vooral als er van die stickers op zijn geplakt met diepzinnige teksten als 'die van mijn is pas fijn' en 'as ge moar leut hebbe'. Nee moeilijk wordt het pas om de juiste muts te vinden. En inderdaad mijn vrouw gaat nooit mee dus zoek ik me echt wezenloos tussen de andere overblijfselen van een losbandig verleden. Nou mogen die naar Oostenrijk afgereisde Wintersporters foute kleding aan hebben, dit jaar spande mijn outfit toch wel de kroon. Samen met mijn maatje Huib liep ik daar rond, beiden met een oranje Unox muts op en schaatsen om de nek. Dat laatste was handig want in de laars past precies een glas bier en heb je je handen vrij bij het plassen. Maar die muts hé. Die was echt fout! Fouter kan bijna niet. En dat terwijl ik er toch zo trots op ben want in heb hem (of is een Unoxmuts vrouwelijk en is het wellicht 'haar') verdiend door op 1 januari met LPF-leider Matt Herben en nog enkele duizenden andere malloten de ijskoude Noordzee bij Scheveningen in te duiken. Waar het 'em dan inzit? In de naam Unox voorop de wollen ijsmuts. Unox staat toch voor alles wat met worst te maken heeft en met vlees. En Carnaval in juist het feest, zo heb ik mij laten vertellen, van de tijd die vooraf gaat aan de onthouding van… nee niet van bier en ook niet van seks maar van vlees! Zie daar de betekenis van het woord 'carne' wat in het Latijn 'vlees' betekend. Car-na-val is dus eigenlijk Car-na-bal. Volgens jaar dus voor mij en mijn maat geen Unoxmuts meer. Ik denk dat ik aan mijn broer maar zijn skipak te leen vraag.

Joop van der Hor