nummer 268
Sta of ik schiet.............niet


Je zal uitgezonden worden als soldaat naar Verweggiestan en daar je leven in naam van de wereldvrede in de waagschaal stellen en een hele meute uitgehongerde of woedende Iraki's, Sirtaki's of andere Akie's vallen je massaal aan. Voor je ogen plunderen ze winkels of slaan ze een vermeende verrader het vuil uit de poriën. Je zal dan met je vervaarlijk uitziend doorgeladen automatische pistoolmitrailleur in de aanslag de aanval moeten zien te stoppen voordat ze jou onder een regen van stenen bedelven of die arme stakker die daar op de grond ligt het licht uit zijn ogen wordt geschopt. Wat doe je dan als soldaat der Nederlandse krijgsmacht in den vreemde? Je zegt 'stop daar onmiddellijk mee. Pas op, sta stil of ik schiet…….. niet!' Want dat mag namelijk niet van die wijze meneer bij het Openbaar Ministerie die veilig in zijn fraai gemeubileerde kantoor op de tiende verdieping in het veilige Holland soms letterlijk uit de hoogte neerkijkt op het gepeupel die als inwonertjes van Madurodam als mieren door elkaar heen over straat loopt. De in Irak gelegerde sergeant-majoor Erik O schoot enige weken geleden een Iraki dood die betrokken was bij de plundering van een vrachtwagen. Volgens het hoofd van het Openbaar Ministerie De Wijkerslooth had de marinier volgens de ambtsinstructies nooit mogen schieten, zelfs niet uit zijn slof! Wat doen we daar dan meneer de hoge baas van het OM? Waarom zijn ze daar dan nog minister Kamp van Defensie? Doe er wat aan minister Donner van Justitie! Ik begrijp dat het voor een bewindsman moeilijk is om over zo'n delicate kwestie een mening te ventileren zolang de zaak nog onder de rechter is. Maar waarom is deze zaak eigenlijk voor een burgerrechter gebracht? 'Onze' jongens zijn daar toch niet om met een emmertje en schepje in die onmetelijk grote zandbak zandtaartjes te bakken? De aanhangers van de verdreven Saddam Hoessein en Irakese verzetslieden lachen hun penis uit hun pantalon als ze van deze klucht lucht krijgen. De Nederlandse mariniers moeten dus 'foei' roepen en 'pang-pang' want als ze echt een kogel afvuren dan krijgen ze een dolkstoot in de rug. Niet van een terrorist of opstandige Akie, maar van de Nederlandse regering en rechter die hen bij een temperatuur van plus 40 graden in de schaduw volledig in de kou laten staan. Het was vroeger in mijn diensttijd al niet anders. Ik was in 1974 gelegerd in de Lunettenkazerne te Vught waar de spanning met de inwoners van het nabij gelegen Ambonezenkamp met de dag opliep. Op een koude zaterdagnacht in december moest ik met mijn met losse flodders geladen Uzi wacht lopen. Waar de schoten vandaan kwamen weet niemand maar mijn maat en ik lagen op onze buiken op de grond toen vanachter het met prikkeldraad afgerasterde hekwerk met scherp op ons werd geschoten. De glassplinters vlogen in het rond toen ons wachthuisje werd geraakt. Maar mij hoor je niet meer klagen. Ik had het niet zo slecht als de mariniers in Irak. Zij mogen alleen 'pang-pang' zeggen, ik kon nog met losse flodders terug schieten alsof het echt was. De enige keer dat ons leger echt kon en mocht schieten was in 1993 tijdens de val van Srebrenica in het door oorlog verscheurde Joegoslavie. Maar dat gebeurde toen niet en duizenden moslim mannen en jongens verdwenen onder een dikke laag zand om jaren later als skeletten weer opgegraven te worden. Beste ministers Donner en Kamp, verschaf zo spoedig mogelijk helderheid in deze troebele kwestie of haal anders 'onze' jongens terug voordat ze -zonder één enkel schot te lossen- in zwarte lijkzakken huiswaarts keren.

Joop van der Hor